Pantserjuffers - Lestidae

Bij de pantserjuffers zijn delen van het lichaam groenmetallisch tot koperachtig gekleurd, terwijl andere delen vaak wasachtig met een licht blauwe rijplaag bedekt lijken te zijn. De nimfen bezitten tamelijk brede kieuwbladen met bijna rechthoekig van de hoofdader, afbuigende zijaderen.
In Europa komen 8 soorten voor.

Houtpantserjuffer - Chalcolestes viridis

De houtpantserjuffer, Chalcolestes viridis, is een libellensoort: een grote Europese pantserjuffer, die algemeen in België en Nederland voorkomt. De soort komt voor aan stilstaand en langzaam stromend water. De naam slaat op de eiafzet in de bast van overhangende bomen. Andere pantserjuffers leggen de eieren meestal in biezen of zegges.

De houtpantserjuffer is een in verhouding grote pantserjuffer. De imago, de volwassen insect, is tot 4,7 cm. Het achterlijf is langer en breder dan bij de andere pantserjuffers. Het lichaam is metaalgroen. Het pterostigma is zo lang als twee onderliggende cellen en wit tot lichtbruin. De mannetjes hebben in tegenstelling tot andere pantserjuffers nooit een blauwe verkleuring, of berijping, op de achterlijfsegmenten. De bovenste achterlijfaanhangsels van de mannetjes zijn lang en tangvormig, de onderste kort. De aanhangsels zijn bleek van kleur. De vrouwtjes hebben een relatief kleine legboor, die niet voorbij het laatste achterlijfsegment uitsteekt en die een duidelijk gezaagde onderzijde heeft.

In zithouding houden pantserjuffers hun vleugels half gespreid, in tegenstelling tot andere juffers.